عربيEnglish

The Noble Qur'an Encyclopedia

Towards providing reliable exegeses and translations of the meanings of the Noble Qur'an in the world languages

Originator [Fatir] - Dutch translation

Surah Originator [Fatir] Ayah 45 Location Maccah Number 35

2. Wat Allah de mensen aan genade schenkt kan niemand tegenhouden, en wat Hij tegenhoudt, kan iemand schenken (daarom moeten wij onze harten stevig verbinden met Allah). En Hij is de Almachtige, de Alwijze.

3. O Mensheid! Gedenk de gunsten van Allah over jullie! Is er een andere schepper dan Allah Die jullie voorziet uit de hemel en de aarde? Geen heeft het recht om aanbeden te worden behalve Hij. Hoe kunnen jullie je dan (van Hem) afkeren?

4. En als zij jou (O Mohammed) verloochenen zo ook werden de boodschappers voor jou verloochend. En tot Allah keren alle zaken terug.

5. O Mensheid! Waarlijk, de belofte van Allah is waarheid. Laat dus niet het huidige leven jullie bedriegen en laat niet de voornaamste bedrieger (Iblies en zijn helpers) jullie over Allah misleiden.

6. Voorzeker, Shaytaan is jullie vijand, behandel hem (dan ook) als een vijand (door gehoorzaam te zijn aan Allah). Hij nodigt zijn volgelingen slechts uit (tot ongeloof en zondes) zodat zij de bewoners van het laaiende vuur zullen worden.

7. Voor degenen die ongelovig zijn zal er een strenge bestraffing zijn en degenen die goede daden verrichten, voor hen zal er vergiffenis zijn en een grote beloning.

8. Is hij dan degenen waarvoor het kwaad van zijn daden schoonschijnend is gemaakt zodat hij het als goed beschouwd? Waarlijk, Allah laat dwalen wie Hij wil en leidt wie Hij wil. Laat jezelf (O Mohammed) dus niet vernietigen uit droefheid voor hen. Waarlijk, Allah is de Alwetende van wat zij doen!

13. Hij laat de nacht overgaan in de dag en Hij laat de dag overgaan in de nacht. En Hij heeft de zon en de maan, ieder zijn koers gaande voor een vastgestelde termijn aan Zich onderworpen. Dat is Allah, jullie Heer; aan Hem is het koninkrijk. En degenen die jullie aanroepen naast Hem, bezitten nog geen vliesje van een dadelpit.

14. Als jullie hen (zouden) aanroepen dan horen zij jullie roep niet en als zij jullie horen, dan kunnen zij voor jullie niet vervullen. En op de Dag der Opstanding, zullen zij jullie aanbidding van hen verwerpen. En niemand kan jou inlichten behalve Hij Die Alwetend is.

16. Als Hij het zou willen zou Hij jullie kunnen vernietigen en een nieuwe schepping voortbrengen.

18. En geen drager van lasten zal de last van een ander dragen, en als iemand zwaar beladen is en een ander roept om zijn last, zal daar niets van opgetild worden zelfs als hij een naaste verwant is. Jij (O Mohammed) kan slechts degenen waarschuwen die hun Heer in het verborgene vrezen en hun gebeden perfect verrichten. En degene die zichzelf reinigt, reinigt zichzelf alleen voor het nut van zichzelf. En Allah is de terugkeer.

20. Noch is de duisternis gelijk aan het licht.

21. Noch zijn de schaduw en de hitte van de zon gelijk.

23. Jij bent slechts een waarschuwer.

24. Waarlijk! Wij hebben jou met de waarheid gestuurd, de drager van goed nieuws en een waarschuwer. En er is nooit een volk geweest waar geen waarschuwer voor is geweest.

25. En als zij jou (O Mohammed) verloochenen, voorzeker, degenen voor hen verloochende ook. Hun boodschappers kwamen tot hen met duidelijke tekenen en met Boeken en met het Boek dat licht geeft.

26. Toen greep Ik degenen die ongelovig was en hoe vreselijk was dan Mijn afkeuring?

28. En van de mensen en bewegende schepselen en vee, in verschillende soorten kleuren. Het zijn slechts de bezitters van kennis van zijn dienaren die Allah het meest vrezen. Waarlijk, Allah is Almachtig, meest Vergevend.

29. Waarlijk, degenen die het Boek van Allah reciteren en gebeden perfect verrichten en uitgeven van waarvan Wij hen voorzien hebben, in het geheim en openlijk, hopend voor een (zekere) handelswinst die nooit zal verdwijnen.

30. Dat Hij hen hun beloning volledig zal geven en hen (zelfs) meer zal geven (extra) door Zijn gunst. Waarlijk! Hij is meest-Vergevend, en het meest dankbaar.

32. Toen gaven Wij het Boek als erfenis voor die van Onze dienaren die Wij uitverkoren hebben. Vervolgens waren er onder hen die zichzelf kwaad hebben gedaan (door zondes) en onder hen zijn er die zich in het midden houden en onder hen zijn er die, door Allah Zijn toestemming, haasten naar het goede. Dat is zeker de grote gunst.

33. Tuinen der eeuwigheid zullen zij naar binnengaan, daar zullen zij bekleed worden met armbanden van goud en paarlen en hun kleding zal daar uit zijde bestaan.

34. En zij zullen zeggen: “Alle lofprijzingen en dankbetuigingen zijn voor Allah, Die van ons (alle) droefheid verwijderd heeft. Waarlijk, onze Heer is zeker meest Vergevend en het meest dankbaar.

35. Wie door Zijn (Allah) gunsten ons in een verblijfplaats heeft ondergebracht van eeuwigheid, daarin zal uitputting ons niet raken noch vermoeidheid.”

36. Maar degenen die ongelovig zijn, voor hen zal de hel hun verblijfplaats zijn, noch heeft het een volledig dodelijk effect op hen zodat zij zullen sterven (en kunnen rusten van de pijn) noch zal de bestraffing voor hen verlicht worden. Zo vergelden Wij elke ondankbare persoon!

37. Daarin zullen zij schreeuwen (van de pijn) “Onze Heer! Haal ons weg, wij zullen goede daden verrichten, niet die wij plachten te doen.” (Allah zal antwoorden): “Hebben Wij jullie geen leven gegeven wat lang genoeg was, zodat iedereen die een vermaning wenste te ontvangen deze kon ontvangen? En de waarschuwer (de Profeet Mohammed) is ook nog tot jullie gekomen. Proef dus de straf. Voor de onrechtplegers is er geen helper.”

38. Waarlijk, Allah is de Alwetende van het onwaarneembare van de hemelen en de aarde. Waarlijk! Hij is de Alwetende van wat in hun borsten is (daarom moet wij kennis opdoen, dit zorgt dat we onze harten reinigen, en dat is een plicht).

40. Zeg (O Mohammed): “Vertel mij over de jullie deelgenoten die jullie naast Allah aanroepen, laat Mij zien wat zij geschapen hebben op de aarde? Of maken zij aanspraak op de hemelen? Of hebben Wij hen een Boek gegeven zodat zij naar een duidelijk bewijs daarvan kunnen handelen? Welnee, de onrechtplegers beloven elkaar niets anders dan bedrog (waanbeeld).”

41. Waarlijk! Allah houdt de hemelen en de aarde vast zij niet van hun plaats zullen gaan en als zij van hun plaatsen zouden gaan, dan is er niemand die hen kan vasthouden na Hem. Waarlijk, Hij is meest verdraagzame, de meest Vergevende.

42. En zij legden bij Allah hun meest bindende eed af, dat als er een waarschuwer tot hen kwam, zij meer geleid zouden zijn dan welke natie, toch toen de waarschuwer tot hen kwam, voegde het niets aan hun toe behalve een afkeer.

43. Dit door hun arrogantie op aarde en hun samenspannen met het kwaad. Maar de kwade samenzwering keert zich slechts tegen degene die haar heeft gesmeed (want wie een put graaft voor een ander, valt er zelf in). Kunnen zij dan iets (anders) verwachten dan het voorbeeld (de bestraffing) van de vroegere generaties. Jullie zullen dus geen verandering vinden in het voorbeeld van Allah en geen afwijking zullen jullie in Allah Zijn voorbeeld vinden.