The Noble Qur'an Encyclopedia

1. Was er niet voor de mens een bepaalde periode geweest wanneer hij niets was om te benoemen?

2. Waarlijk, Wij hebben de mens uit druppels (van gemengd zaad) geschapen zodat hij beproefd kan worden, dus maakten Wij hem horend en ziend.

3. Waarlijk Wij hebben hem de weg getoond, of hij dankbaar of ondankbaar zal zijn.

4. Waarlijk, Wij hebben voor de ongelovigen ijzeren ketenen, ijzeren halsbanden en een laaiend vuur voorbereid.

5. Waarlijk, de vromen die Allah vrezen en het kwaad vermijden zullen een beker drinken, gemengd met water uit de bron in het paradijs die ‘Kafoer’ heet.

6. Een bron waarvan de dienaren van Allah zullen drinken, die uitbundig zal stromen.

7. Zij vervulde hun geloften en zij vrezen een dag waarop het kwaad wijdverspreid zal zijn.

8. En zij geven voedsel ondanks dat zij het liefhebben aan de armen, de wees en de gevangenen (de Islam heeft zelfs rechten gegeven aan de gevangenen 1400 jaar geleden).

9. (Zeggende): “Wij voeden jullie slechts om Allah Zijn tevredenheid te zoeken, Wij wensen geen beloning of dankbaarheid van jullie.

10. Waarlijk, wij vrezen van onze Heer een moeilijke en pijnlijke dag, die de gezichten er vreselijk uit zal laten zien.”

11. Daarom redde Allah hen (de gelovigen) van het kwaad van die dag, en gaf hun een licht van schoonheid en vreugde.

12. En hun vergoeding zal het paradijs zijn, en zijden kleding, omdat zij geduldig waren (geduld in de verplichtingen te blijven doen, geduld in het afstand nemen van zondes, geduld met de Qadr van Allah).

13. Leunend daarop op verheven banken, zij zullen noch de hitte van de zon zien noch de koude weer.

14. En de schaduw daarvan is dichtbij hen en de trossen fruit daarvan hangen laag binnen hun bereik.

15. En onder hen zullen zilveren schalen en glazen van kristal rondgaan.

16. Kristalhelder, gemaakt van zilver. Zij zullen de maat daarvan bepalen volgens hun wensen.

17. En zij krijgen daar een beker te drinken gemengd met gember.

18. Een bron daar heet Salsabil.

19. En rond om hen heen zullen knapen (die hen bedienen) van een eeuwige jeugd zijn. Als jullie hen zien, zullen jullie aan verspreide parels denken.

20. En als je daar kijkt, zal je een vreugde zien en een groot rijk.

21. Hun kleding zal van fijne groene zijde en goud borduursel zijn. Zij zullen versierd worden met zilveren armbanden en hun Heer zal hen een zuivere drank geven.

22. (En er zal tegen hen gezegd worden): “Waarlijk dit is een beloning voor jullie en jullie inspanningen zijn geaccepteerd.”

23. Waarlijk! Wij zijn het die de Koran aan jou in gedeelten hebben neergezonden.

24. Wees daarom geduldig en onderwerp je aan het bevel van jouw Heer, en gehoorzaam niet de zondaar of de ongelovige onder hen.

25. En gedenk iedere ochtend en in de namiddag de naam van jouw Heer.

26. En kniel gedurende de nacht voor Hem en verheerlijk Hem door de lange nacht.

27. Waarlijk! Zij (ongelovigen en zij die op hun lijken) houden van het huidige leven van deze wereld en zij laten achter hen een zware dag.

28. Wij zijn het die hen geschapen hebben en Wij hebben hen sterk gebouwd. En als Wij willen, kunnen Wij hen door anderen die zoals zij zijn volledig vervangen.

29. Waarlijk! Dit is een vermaning, voor iedereen die de weg naar zijn Heer wilt nemen.

30. Maar jullie zullen het niet willen tenzij Allah het wil. Waarlijk, Allah is de immer Alwetende, Alwijze.

31. Hij zal Zijn genade toekennen aan wie Hij wil en voor de onrechtvaardigen heeft Hij een pijnlijke bestraffing voorbereid.