عربيEnglish

The Noble Qur'an Encyclopedia

Towards providing reliable exegeses and translations of the meanings of the Noble Qur'an in the world languages

Jonah [Yunus] - Dutch translation - Ayah 31

Surah Jonah [Yunus] Ayah 109 Location Maccah Number 10

قُلۡ مَن يَرۡزُقُكُم مِّنَ ٱلسَّمَآءِ وَٱلۡأَرۡضِ أَمَّن يَمۡلِكُ ٱلسَّمۡعَ وَٱلۡأَبۡصَٰرَ وَمَن يُخۡرِجُ ٱلۡحَيَّ مِنَ ٱلۡمَيِّتِ وَيُخۡرِجُ ٱلۡمَيِّتَ مِنَ ٱلۡحَيِّ وَمَن يُدَبِّرُ ٱلۡأَمۡرَۚ فَسَيَقُولُونَ ٱللَّهُۚ فَقُلۡ أَفَلَا تَتَّقُونَ [٣١]

31. Zeg: “Wie voorziet jullie uit de hemel en de aarde? Of wie bezit het gehoor en het gezicht? En wie brengt de levenden voort uit de doden en de doden uit de levenden? En wie regelt de zaken? Zij zullen zeggen: “Allah.” Zeg: “Zijn jullie dan niet bang voor Allah Zijn bestraffing?”